Spaargeld waarvan de rente voor langere tijd vast staat, dreigt te worden opgegeten door de inflatie. Ook al stijgen de prijzen van producten in Nederland minder hard dan in de rest van Europa.
Sparen is hot. Nederlanders parkeerden de afgelopen maanden miljarden extra op spaardeposito’s en internetrekeningen die een hoge rente bieden, becijferde De Nederlandsche Bank eerder deze maand.
Banken lokken consumenten dezer dagen volop met hoge spaarrentes. Door de kredietcrisis vertrouwen banken elkaar namelijk minder en lenen ze liever bij de consument.
Voor de Nederlandse grootbanken komt daar nog bij dat ze extra concurrentie ondervinden van kleine, buitenlandse banken. Die stunten met variabele rentetarieven die kunnen oplopen tot 4,5 procent en de grootbanken zien zich gedwongen te volgen.
Maar ook op de depositomarkt, waar rentetarieven langer vast staan, is het feest. Afgelopen week kwam Credit Europe Bank met een toptarief van 5,4 procent voor vijfjarige deposito’s.
Probleem bij deze spaarbonanza is dat economen zich serieus zorgen maken over de inflatie. Hoge voedsel- en grondstofprijzen lijken een blijvertje te worden. Dat leidt makkelijk tot hogere looneisen, met als gevolg verdere prijsstijgingen. De angst groeit voor een herhaling van de beruchte loon-prijsspiraal uit de jaren zeventig.
Inflatie zorgt voor geldontwaarding en is daarmee de grootste vijand van de spaarder.
Maandag publiceerde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) een enigszins sussend bericht, waaruit bleek dat de inflatie elders in de eurozone het afgelopen half jaar harder is geklommen dan in Nederland. Maar dat doet niets af aan het feit dat ook in Nederland de inflatie flink oploopt.
De Nederlandse inflatie kwam in januari uit op twee procent, terwijl de gemiddelde prijsstijging in augustus 2007 nog 1,1 procent bedroeg. Het Centraal Planburau zou volgens uitgelekte cijfers voor 2009 al rekenen op een inflatie van 2,75 procent. Dat is slecht nieuws voor spaarders.
Een voorbeeld. wie z’n geld voor twee jaar vast zet tegen vijf procent rente per jaar, moet er rekening mee houden dat de inflatie volgend jaar 2,75 procent van de vermogensgroei afknabbelt. Voeg daar de vermogensbelasting van 1,2 procent bij en de totale waardederving is 3,95 procent. Ofwel: van de vijf procent rente in 2009 houdt de spaarder ‘reëel’ een procent over.
Daar zit je dan met je toprente.
Gelet op de inflatiedreiging is vooral het voor lange tijd vastzetten van spaarrentes risicovol. Als de inflatie stijgt zonder dat de spaarrente mee beweegt, zit je klem.
Wie kiest voor een variabele rente moet in theorie gered worden door Jean-Claude Trichet, de president van de Europese Centrale Bank (ECB). Spaarders moeten hopen dat Trichet de inflatiedreiging serieus neemt en de rente dit jaar verhoogt. Dat zou hij kunnen doen zodra de ergste zorgen over de kredietcrisis uit de lucht zijn.
Trichet kijkt bij het vaststellen van de rente overigens niet specifiek naar Nederland, maar naar de hele eurozone. Aangezien de Europese inflatie hoger ligt dan die in Nederland, ligt het voor de hand dat hij de spaarder in bescherming gaat nemen.
En dat kan een voordeeltje betekenen voor de Nederlandse spaarder. Die krijgt in dat geval een hogere rente, terwijl de geldontwaarding meevalt.
bron: z24